Bijlage Kwaliteitstoeslag in hectares

Kwaliteitstoeslag in hectares
Bij compensatie van natuur en bos worden de volgende toeslagen gehanteerd.

De hoogte van de kwaliteitstoeslag in hectares is afhankelijk van de vervangbaarheid van het ecosysteem.

Met betrekking tot de vervangbaarheid kunnen 3 categorieën worden onderscheiden:

  1. Snel vervangbare natuurkwaliteiten:
    • natuurkwaliteiten die binnen 25 jaar zijn te vervangen;
    • gebieden met natuurkwaliteiten die nog geen 25 jaar oud zijn.
    Voor deze categorie geldt een toeslag van 0,3 van de fysieke compensatie, tenzij het nieuwe gebied aansluit op de Ecologische Hoofdstructuur. Dan geldt een toeslag van 0,1.
    Voorbeelden: weidevogelgebieden, bossen jonger dan 25 jaar, aangelegd op voormalige landbouwgrond
  2. Natuurkwaliteiten: vervangbaar binnen 25 tot 100 jaar:
    Voor deze categorie geldt een toeslag van 0,7 van de fysieke compensatie, tenzij het nieuwe gebied aansluit op de Ecologische Hoofdstructuur. Dan geldt een toeslag van 0,3.
    Voorbeelden: laagveenmoerassen, stuifzanden, schraallanden en bos 25-100 jaar oud.
  3. Moeilijk, respectievelijk niet vervangbare natuurkwaliteiten:
    Dit zijn gebieden die meer dan 100 jaar vergen om te worden vervangen en natuurkwaliteiten
    waarvoor moeilijk andere locaties met de passende fysieke omstandigheden kunnen worden gevonden. Dit betreft de volgende gebieden met zeer oude bodems: schraalgraslanden, kalkgraslanden, bos > 100 jaar oud, hoogvenen, vennen, veenheiden, droge en natte heide, duinheide, bronbossen, beken en slufters. Het berekenen van de kwaliteitstoeslag voor deze categorie is maatwerk en dient van geval tot geval bekeken te worden.

Terug naar artikel 5.2 Groene contour